In een grijs verleden schreef ik een scriptie over archetypen. De insteek daarvan was, waarom een heks, of een Blauwbaard als er niet iets nuttigs aan zat.
Ik verbaas mij altijd over het feit dat wij mensen vinden dat we zoveel nutteloze of schadelijke eigenschappen hebben. Vooral vinden we natuurlijk dat anderen nutteloze of schadelijke eigenschappen hebben.
In het boek de Ontembare vrouw, werd het kwaad, verbrand, of werd het opgepeuzeld, hierdoor kwam het als onschadelijk en soms vruchtbaar terug tot de aarde.
Maar waarom?
Waarom een ego hebben en er vervolgens proberen vanaf te komen?
Waarom zoveel eigenschappen die desastreus zijn?
Waarom heeft een mus of een tijger er geen last van?
In mijn optiek heeft het te maken met het niet weten hoe onze talenten te gebruiken.
Daardoor, het verkeerd gebruik maken van onze talenten.
Ook de geniet factor, die steeds belangrijker schijnt te worden. Voor mij een hol begrip geworden, het lijkt een doel op zich te zijn.
Ik kan enorm genieten van een keihard te werken, moeilijke puzzels uit te werken, mijn schaduw verslaan of bezig te zijn met een lastige klus waar het eind nog niet van in zicht is.
Terug naar de archetypen:
Als je alleen maar het bleue meisje of de verwende prinses bent, krijgen we allemaal mooi geborduurde lakens en mooi opgemaakte taarten, maar niks vervuld.
Een land vol Blauwbaarden, geeft een land vol agressie en terreur.
In het ene land zal geen koelbloedige chirurg zijn, en mensen beter maken.
In het andere land zal geen mooi geborduurd laken te vinden zijn.
Er van uit gaande dat we alle talenten in ons hebben, kom ik uit op:
Leer wanneer je bepaalde talenten goed kunt gebruiken.
Weeg af wat nodig is en wanneer.
Ben een leeuwin die haar welpen verdedigd, zonodig.
Maak mooie dingen, als je behoefte hebt aan schoonheid en creatie.
Laat een dier inslapen, als het leven niet langer humaan is.
Kijk naar het moment en maak afwegingen die de wereld een goede plek maken om te zijn.